Terugblik op de Generale Synode van de Protestantse Kerk in Nederland 17 en 18 november 2023

Te midden van een onrustig (geo)politiek en maatschappelijk landschap kwam de Generale Synode op 17 en 18 november in Lunteren bijeen. Dit landschap was ook terug te zien in de te bespreken onderwerpen, namelijk antisemitisme, de relatie Israël en Palestijnse gebieden, seksualiteit en gender gerelateerde thema’s. Tegelijk stonden er ook voor kerkrentmeesters belangwekkende zaken ‘op de rol’, namelijk de notitie uitwerking profielen ambtsvisie, Lichter op Pad, Duurzaam Luthers en de naleving van regels uit de kerkorde. Over de ambtsvisie was ook (wederom) al veel te doen, en ook het bestuur van de VKB sprak zich er vooraf over uit (zie nieuwsbericht).

 

Lichter op Pad

Bij de bespreking kwam goed aan het licht dat de kerk zich in een situatie van krimp bevindt. Niet alles wat we als kerk gewoon waren te doen, kan nog worden bemenst, of worden ingevuld. Het is zaak om scherpe(re) keuzes te gaan maken en niet met overtollige ballast op weg te gaan. Wie dit zo zegt, hoort daarin de echo van het Back to Basics traject van 10 jaar geleden (Kerk 2025). Daarom hechtte de synode, middels een amendement eraan, deze verbinding te maken. Het amendement werd niet aangenomen, maar de toezegging om in dit bestuurlijke traject niet alles ‘wederom’ op de helling te zetten, werd gegeven. Scriba René de Reuver bracht in dat we ook aan de rouw, die met krimp gemoeid is, niet zomaar voorbij moeten gaan.

 

De afgelopen jaren is al breed nagedacht over de bestuursstructuur van de Protestantse Kerk en hoe die toekomstbestendig kan worden gemaakt. De notitie ‘Lichter op pad’ geeft een eerste denkrichting voor het oppakken van de vragen rond de kerkstructuur. Na bespreking van dit document in de synode hoopt het moderamen dat kerkplekken, classes en andere betrokkenen samen op pad kunnen gaan. De kerk heeft een nieuwe jas nodig die dienstbaar is aan toekomstgericht kerk-zijn. In dit project worden ook de inzichten en werkzaamheden gebundeld rondom de toekomstbestendige dienstverlening aan classes. Een project waarbij ook VKB Kerkrentmeesters actief betrokken is/wordt.

 

Omdat de nood in sommige gemeenten, bijvoorbeeld in het noorden van het land, al zo nijpend is, en het in veel gemeenten ontbreekt aan professionele werkers in de kerk, verzoekt de generale synode het generale college voor de kerkorde (GCKO) een wijziging van de generale regeling voor te bereiden. Hiermee kan de bevoegdheid van brede moderamina van de classicale vergaderingen worden verruimd om in voorkomende gevallen tijdelijk of eventueel structureel sacramentsbevoegdheid toe te kennen aan kerkelijk werkers.

 

Daarom draagt de synode het bestuur van de dienstenorganisatie op de voorgestelde aanpak in het rapport verder te verkennen en vorm te geven. De generale synode wordt in elke komende vergadering geïnformeerd over de voortgang. In november 2024 zullen de eerste opbrengsten en een voorstel voor de aanpak worden gepresenteerd, nadat hierover eerst de classicale vergaderingen en, via de classes, de kerkenraden zijn gehoord.

 

Duurzaam Luthers

Dat het probleem van bestuurskracht en vitaliteit op veel plekken nijpend is, wordt duidelijk als je concreter inzoomt op de situatie van Lutherse gemeenten in ons land. Het project Duurzaam Luthers, waarin ook gekeken wordt, hoe in een krimpende kerk het Luthers gedachtegoed blijvend en duurzaam geborgd kan worden, maakt dit wel duidelijk. Dit project kun je dan ook zien als een ‘kanarie in de kolenmijn’. Zowel bestuurlijke als beheersmatige aspecten komen hierin integraal aan bod, zoals het beheer van de kerkelijke gebouwen en bijzonder religieus erfgoed. De vraag die bij dit project ook wel opkomt, is hoe lang een gemeente nog als protestantse gemeente kan blijven functioneren? En wie daarover mag besluiten? Het Breed Moderamen van de classis kan tot opheffing overgaan, maar behalve dat dit een impopulaire maatregel is, ontbreekt haar aan heldere kaders om hiertoe te kunnen besluiten. Het roept de vraag (weer) op: wat heeft een lokale gemeente minimaal nodig om geloofsgemeenschap te blijven en welke zaken dient zij voor de kerk op orde te hebben?

 

Naleving regels kerkorde

Bovenstaande vraag raakt aan de vraag, hoe er moet worden omgegaan met gemeenten die niet willen of kunnen voldoen aan datgene wat de kerkorde van hen vraagt. Dit probleem werd door de GCKO op tafel gelegd naar aanleiding van de genomen besluiten rondom Veilige Kerk. Wat als een gemeente geen vertrouwenspersoon aanstelt? Het (kerk)recht is o.a. bedoeld om de macht van de sterken te reguleren en dat van zwakken waar nodig te versterken en hen tegen machtsmisbruik te beschermen, zo stelde ds. Evers van de GCKO.

Maar het probleem van beperkt naleven van afspraken werd breed door de synode erkend. Rondom het aanstellen van kerkelijk werkers, de toelating van voorgangers op de kansel, maar ook de groep voorgangers die zich niet aan de eisen van de Permanente Educatie houdt. Toch wil de synode niet spreken over sancties en zaken vanuit het bestuursrecht. Juist het gesprek en elkaar blijven aanspreken op elkaars verantwoordelijkheden wordt gezien als de belangrijkste lijn. Ook zouden de gremia van de meerdere vergaderingen beter moeten weten welke instrumenten zij allemaal kan benutten om ervoor te zorgen dat gemeenten in de kerk doen wat er van hen gevraagd wordt. Tevens werd geopperd om naar voorbeeld van andere kerken (voorbeeld: NGK) een kerkorde te publiceren die gebruikersvriendelijker is en kerken overzichtelijk informeert wat er van hen gevraagd wordt. Tot slot werd er ook besloten dat visitatieverslagen ook beschikbaar komen voor de leden van het Breed Moderamen, omdat er nu vaak sprake is van versnipperde kennis.

 

Ambtsvisie

Tot slot werd er in drie etappes tijdens de vergadering gesproken over de uitwerking profielen ambtsvisie. De voorgelegde stand van zaken, waarin de predikant en pastor beiden op NLQF 7 (master HBO/WO) worden opgeleid, zorgde voor een sterk verdeelde synode. Zeker 1/3 van de synode vond dat ze onvoldoende informatie tot haar beschikking had om nu een gedegen afweging te kunnen maken. Handhaven op de lijn van haar eigen opdracht aan de 4 werkgroepen van fase 3 (en dus uitkomen op NLQF 7), insteken op NLQF 6plus voor de pastor en zelf de aanvullende scholing/vorming na NLQF6 aanbieden, of inzetten op de pastor met NLQF6? De kritiek op de huidige richting van de werkgroepen zit op de beperkte flexibiliteit die deze route met NLQF7 de kerk biedt en daarmee juist minder diversiteit in plaats van meer diversiteit onder de werkers aan het mozaïek van kerkplekken. Tevens kwam er ook nog een brief van twee opleidingen, die nu HBO en WO theologie aanbieden, die stellen of een HBO master wel op dezelfde wijze als de HBO bacholor en de WO master te bekostigen zal zijn.

Daarom stelde het moderamen voor wat tijd voor reflectie te nemen, de ingediende moties daarbij volop te betrekken en deze nu niet in stemming te brengen. Synode preses ds. Batenburg: “We gaan samen met de werkgroepen bekijken hoe we een passend vervolg geven aan wat besproken is. Het is belangrijk dat de werkgroepen zich betrokken blijven voelen, nu er ook gevraagd is om een andere oplossingsrichting.” Het moderamen benadrukte de urgentie van het thema. “We beseffen dat niemand gebaat is bij grote vertraging”, aldus de preses. “Toch zoeken we bewust naar breed draagvlak en gezamenlijkheid om de besluitvorming in april goed voor te bereiden met de werkgroepen Opleidingen en Beroepbaarheid, en ook met de twee andere werkgroepen die we nog moeten horen.” Het moderamen kijkt nu naar mogelijkheden voor een extra vergadering in de komende tijd, mogelijk al in januari 2024.